.kennel di Ala D'Oro Bracco Italiano
.Jaap Muller & Tina Steffens
 
 
Heupdysplasie en Elleboogdysplasie
RONTGEN FOTO VAN GEZONDE HEUPEN

 

Heupdysplasie is een door erfelijke factoren en uitwendige invloeden bepaalde ontwikkelingsstoornis van de heupgewrichten. Sommige honden ondervinden hiervan ernstige hinder. Er zijn echter ook honden die daarvan geen last lijken te hebben. De beoordeling van het gangwerk van deze honden geeft onvoldoende informatie over de toestand van de heupgewrichten. Meer informatie hierover kan worden verkregen met behulp van röntgenfoto's. Wij vinden het belangrijk dat er rontgen foto's worden gemaakt, al onze honden zijn dan ook gerontgend. Dit zijn gegevens waar wij veel waarde aan hechten.

 


Klik hier voor meer informatie over rontgenen van de heupen>>>

 

 

Elleboog-dysplasie

Elleboog-dysplasie (ED) is een deels erfelijk bepaalde aandoening, die vooral bij grote en hele grote hondenrassen voorkomt. Het ontwikkelt zich in de tijd van de snelste groei, meestal tussen de vierde en de zesde maand.
Elleboogdysplasie is eigenlijk een verzamelnaam voor vier verschillende aandoeningen:
LPC = los processus coronoideus
OCD = osteochondrosis/o. dissecans
(OCD) LPA = los processus anconeus
INC = incongruentie (groei)

Deze aandoeningen komen meestal in beide ellebogen voor. Daarnaast kunnen in één gewricht meerdere aandoeningen tegelijkertijd aanwezig zijn. Het gevolg is dat er ontsteking en secundaire osteoarthritis (slijtage) ontstaat in het gewricht. De klachten en verschijnselen zijn bij alle vier de aandoeningen gelijk. Meestal is tussen de vierde en de zesde maand de eerste kreupelheid te zien. Soms zijn de honden niet de hele tijd kreupel, maar moeten zij na rust warm lopen. Soms worden ze door veel beweging meer kreupel. Vaak draaien zij de poten naar buiten of binnen, om de elleboog te ontlasten. Dit kan soms een belangrijk symptoom zijn bij honden, die ED aan beide kanten hebben. Bij deze honden valt kreupelheid ietsje minder op omdat beide voorpoten even kreupel zijn. Hoewel deze stijfheid in de gewrichten niet makkelijk te missen is en dus een vermoeden op elleboog dysplasie snel kan worden onderzocht door een dierenarts. Een diagnose kan samen met de klinische symptomen, röntgen en vooral met arthroscopie worden vastgesteld.

RONTGEN FOTO VAN GEZONDE ELLEBOOG
RONTGEN FOTO VAN GEZONDE ELLEBOOG
RONTGEN FOTO VAN GEZONDE ELLEBOOG

LPC = los processus coronoideus
LPC is een vorm van elleboogdysplasie, waarbij een klein stukje kraakbeen en/of bot aan de voorkant van de ellepijp (processus coronoideus medialis) afbreekt. Zo'n los stukje bot (LPC) kan op dezelfde plek blijven (fissuur), helemaal vrij in het gewricht zijn (gewrichtsmuis) of zich een beetje verplaatsen, met als gevolg van erge beschadiging aan het kraakbeen van de bovenarm (kissing lesion).
In alle gevallen is het heel pijnlijk voor de hond. Om verdere ontwikkeling van beschadigingen te voorkomen, het risico voor slijtage te verminderen en de prognose zo goed als mogelijk te behouden, moet een arthroscopie zo snel mogelijk uitgevoerd worden. Hierbij kan de diagnose met zekerheid gesteld worden en kan tegelijkertijd het losse of afgebroken stukje worden verwijderd. Het is dankzij de arthroscopie dat in een zeer vroeg stadium behandeld kan worden.
Met hulp van arthroscopie kan de therapie al beginnen voordat de eerste tekenen van slijtage op een röntgenfoto te zien zijn, het herstel is sneller en de resultaten op langere termijn zijn beter.
Prognose:
Jonge honden zonder/minimaal slijtage: goed tot heel goed
Jonge honden met slijtage : goed
Oudere honden met redelijk slijtage : bevredigend

OCD = osteochondrosis/o. dissecans
Osteochondrosis is een storing in de ontwikkeling van het kraakbeen in een gewricht van jonge honden. Als gevolg van deze storing wordt een bepaald deel van het kraakbeen dikker (OC=osteochondrose). Het krijgt in de diepte niet genoeg voeding. Cellen in het verdikte kraakbeen sterven af en het kraakbeen verliest het contact met het onderliggende bot. Dit ondermijnde kraakbeen kan geheel los komen van het bot (OCD='D'=dissicans=loslaten). Osteochondrose vinden wij niet alleen in de elleboog, maar ook in de schouder en andere gewrichten. OCD in de elleboog zit aan de binnenkant van de bovenarm. In de schouder vinden wij de flap altijd aan de achterkant van het gewrichtsoppervlak van het bovenarmsbot. De diagnose kan worden gesteld met hulp van klinische symptomen, röntgenfoto en arthroscopie . Tijdens de arthroscopie wordt dan het losse stukje kraakbeen (OCD-flap) met behulp van kleine tangen (2,5-3 mm groot) compleet verwijderd en wordt het bot onder het defect schoongemaakt.
Prognose:
Jonge honden zonder/minimaal slijtage: goed tot heel goed
Jonge honden met slijtage : goed
Oudere honden met redelijk slijtage : bevredigend

LPA = los processus anconeus
Bij deze afwijking groeit de processus anconeus, een stuk bot aan de achterkant van het gewricht (elleboog), niet aan de ellepijp vast. Met het gevolg dat het stukje altijd beweegt tijdens het lopen en er ontstaat een pijnlijke ontstekingsreactie. De diagnose kan door middel van klinische symptomen en vooral röntgenfoto's, maar ook door arthroscopie, worden gesteld. Op grond van de grootte en de positie van de LPA moet dit losse stuk door een operatieve opening van het gewricht worden verwijderd.